THEO NAESSENS | beeldend knutselaar

De hele middag zit ik te kijken naar een plaatje van mijn houten lepels die ik tot nog toe gesneden heb van mijn dode lariks stam uit de tuin. Vorig jaar had ik een object gemaakt (zie de foto) met lepels en onderdelen waar ik erg blij mee ben. Het is vrij klein, voornamelijk beukenhout, ongeveer 50×50 cm en de vorm ontstond vanzelf. Drie lepels in het midden, andere lepels tegen de zijkant van dit drietal, etc, etc.
Nu probeer ik het omgekeerde. Ik wil een vergelijkbaar symmetrisch ding maken, maar een stuk groter op basis van dat hout van die lariks die het afgelopen najaar is omgezaagd. Nu probeer ik dus dingen in een vorm te dwingen, het eindresultaat heb ik al bedacht maar als ik het probeer te maken gaat het niet. Het lijkt nergens naar en ik zit geblokkeerd. En dan, hoe langer ik naar het plaatje kijk, een voorlopig fotootje waar ik op door probeer te tekenen (dit laat ik nog even niet zien), hoe meer ik merk dat het iets anders moet worden. Ik ben er nog niet, maar ik moet dat object van vorig jaar loslaten. En voor de zoveelste keer heb ik ontdekt dat ik mezelf niet moet proberen te imiteren. Uit mijn denken komt niets tevoorschijn dan platvloerse, kitschige beelden. Het moet ergens anders vandaan komen, ik weet het wel, alleen laat het zich niet dwingen. Maar het komt wel.